woensdag 27 april 2011

De veiligheid van voedingssupplementen versus medicijnen

In een blad waar ik de redactie van verzorg, heeft een collega, Selma Timmer, een interessant artikel geschreven dat ik u niet wilde onthouden. Hoe gevaarlijk is het (dagelijks) gebruik van voedingssupplementen eigenlijk? Veel consumenten slikken zonder morren allerlei medicijnen maar zijn erg bezorgd wanneer het om voedingssupplementen gaat. Ze beseffen niet of nauwelijks dat voedingssupplementen vele malen veiliger zijn dan medicijnen.

Voedingscentrum als onruststoker
Het voedingscentrum voedt deze bezorgdheid met de bewering “vitaminen en mineralen zijn belangrijk maar teveel is niet goed”. Dat klinkt logisch, maar de bewering kan op twee manieren worden uitgelegd. Bedoelt het voedingscentrum nu dat er niets op tegen is om de voeding aan te vullen met voedingssupplementen mits je rekening houdt met de (ruime) veiligheidsmarges of dat het gebruik van voedingssupplementen per definitie riskant is?

Trouwens, de gevolgen voor de gezondheid van een te lage inname van essentiële voedingsstoffen mogen ook niet onderschat worden. Het voedingscentrum denkt dat het met die tekorten wel meevalt: “De herfstige natte dagen zorgen voor druipende neuzen. Tijd voor een vitamine boost of…Wacht even! Ben je gezond? Eet je gevarieerd en dagelijks de aanbevolen hoeveelheid groente en fruit? Laat dan de vitaminesupplementen maar zitten. Je krijgt door je voeding al voldoende vitaminen en mineralen binnen. De supplementen voegen daaraan niets toe.”(1) De eigen eetmeter logenstraft dit standpunt. Vul de eetmeter een paar weken in en je moet tot de conclusie komen dat het lastig is om aan de aanbevolen hoeveelheden essentiële voedingsstoffen te komen, zelfs als je gezond en gevarieerd eet.(2) Bij een verhoogde behoefte aan voedingsstoffen door medicijngebruik en/of ziekte is het al helemaal lastig om hierin te voorzien met voeding alleen.

Amerikaans rapport toont veiligheid aan
Dat voedingssupplementen heel veilig zijn, blijkt mede uit het tweehonderd pagina’s tellende jaarrapport van het Amerikaanse National Poison Data System, dat afgelopen december is gepubliceerd in het vaktijdschrift Clinical Toxicology.(3) Het rapport is gebaseerd op gegevens die in 2009 zijn verzameld door zestig toxicologische centra, verspreid over de Verenigde Staten. Alle meldingen van vergiftiging zijn zorgvuldig opgetekend en in geval van sterfte is onderzocht welke (potentieel) toxische stof de zekere, waarschijnlijke of bijdragende doodsoorzaak is geweest.

Sterfgevallen door medicijnen
In het jaarrapport wordt melding gemaakt van 1158 sterfgevallen waarbij medicijnen de directe doodsoorzaak zijn geweest. Het gaat hierbij onder meer om pijnstillers (zoals acetaminofen [paracetamol], salicylaten [aspirine, ascal], acetaminofen/hydrocodone, methadon), cardiovasculaire medicatie (hartglycosiden [digoxine], calciumblokkers [verapamil, amlodipine, diltiazem], bètablokkers [metoprolol], antistollingsmiddelen [trombocyten-aggregatieremmers, coumarines]), antidepressiva (amitriptyline, doxepine, bupropion) en kalmeringsmiddelen en antipsychotica (quetiapine, alprazolam, diazepam, zolpidem).

0 sterfgevallen door voedingssupplementen
Dan nu het goede nieuws: volgens de gegevens van het National Poison Data System is in 2009 in de Verenigde Staten helemaal niemand overleden door het gebruik van voedingssupplementen of kruiden. En dan te weten dat meer dan de helft van de Amerikanen dagelijks één of meerdere voedingssupplementen gebruikt! Ook in de Verenigde Staten is op het gebied van voedingssupplementen sprake van bangmakerij. In een nieuwsbericht van de Orthomolecular Medicine News Service wordt dan ook fijntjes opgemerkt: “if nutritional supplements are allegedly so ‘dangerous’, as the FDA and news media so often claim, then where are the bodies?”(4)

Nederlandse situatie
De situatie in Nederland is waarschijnlijk niet anders dan in de Verenigde Staten. Het zijn medicijnen die de ernstigste bijwerkingen hebben en niet voedingssupplementen. In Nederland vinden jaarlijks ruim 41.000 medicijn gerelateerde acute ziekenhuisopnames plaats (5,6% van alle acute opnames). Dit blijkt uit gegevens van het HARM-onderzoek (Hospital Admissions Related to Medication) uit 2006.(5) De levensbedreigende situaties ontstaan door bijwerkingen van de medicijnen en/of medicatiefouten (waaronder voorschrijf-, doseer- en toedienfouten). De meest risicovolle groepen medicijnen volgens dit onderzoek zijn NSAID’s (veelal zonder recept verkrijgbaar), cardiovasculaire medicatie (diuretica, trombocyten-aggregatieremmers, coumarines), psychofarmaca, corticosteroïden en antidiabetica. Medicijngeïnduceerde maagdarmbloedingen, cardio-vasculaire en respiratoire complicaties, ongelukken en hypo- of hyperglycemie zijn de meest voorkomende redenen voor ziekenhuisopname.
Ruim 2000 van de 41.000 mensen die jaarlijks door (verkeerd) medicijngebruik in het ziekenhuis belanden, overlijden tijdens de opname. Daarnaast hebben circa 3900 mensen bij ontslag uit het ziekenhuis restschade. Vooral ouderen boven 65 jaar lopen risico; zij hebben circa twee maal zoveel kans om opgenomen te worden vanwege een medicijn gerelateerd probleem dan jongeren.

In september 2005 promoveerde Sabine Straus aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Zij heeft in haar onderzoek aannemelijk gemaakt dat in Nederland jaarlijks 300 mensen overlijden aan acute hartdood, veroorzaakt door medicijnen die een geleidingsstoornis (verlenging van het QTc-interval) in het hart induceren die kan leiden tot ernstige hartritmestoornissen. Van een groot aantal medicijnen is bekend dat ze deze bijwerking kunnen hebben.

Conclusie
Het lijkt erop dat de veiligheid van medicijnen eerder wordt overschat en dat de veiligheid van voedingssupplementen wordt onderschat. Natuurlijk is het belangrijk dat voedingssupplementen van goede kwaliteit zijn, dat ze met kennis van zaken worden geadviseerd en dat rekening wordt gehouden met maximaal aanvaardbare doseringen en mogelijke interacties. Maar het overdrijven van potentiële gezondheidsrisico’s van voedingssupplementen is ook weer niet nodig.
Referenties
1. http://www.voedingscentrum.nl/nl/voedingscentrum/nieuws/extra-vitamines.aspx
2. http://eetmeter.voedingscentrum.nl/
3. Bronstein AC, Spyker DA, Cantilena LR Jr et al. 2009 Annual Report of the American Association of Poison Control Centers’ National Poison Data System (NPDS): 27th Annual Report. Clinical Toxicology 2010;48:979-1178. http://www.aapcc.org/dnn/Portals/0/2009%20AR.pdf
4. http://www.orthomolecular.org/resources/omns/v07n01.shtml
5. Hospital admissions related to medication (HARM). Een prospectief, multicenter onderzoek naar geneesmiddel gerelateerde ziekenhuisopnames. Eindrapport, november 2006. http://www.nvza.nl/kr_nvza/artikelen/raadplegen.asp?display=2&Atoom=8895&Actie=2&AtoomSrt=2#

donderdag 17 februari 2011

Consumentenbond snapt niets van voedingssupplementen

Deze week verscheen in het blad van de Consumentenbond een 'supplementenspecial'. Hiermee laten ze zien totaal ongeschikt te zijn om de kwaliteit van supplementen te onderzoeken en in kaart te brengen voor consumenten. Ik zal enkele blunders nader toelichten.

ADH's en B12
De grootste blunder vind ik wel dat ze producten slechter beoordelen als er meer dan de ADH (Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid) inzit. Je zou toch denken dat als mensen een tekort hebben, het handig zou zijn als ze een supplement nemen dat hoog gedoseerd is om het tekort te verhelpen??? De ADH is immers bedoeld voor mensen die geen tekort hebben om te zorgen dat ze geen tekort krijgen... Extra schrijnend in het geval van B12 als je bedenkt dat een kwart van de ouderen een tekort heeft, wat nota bene in het artikel genoemd wordt.

ADH's veranderlijk
Bedenk ook dat de ADH geen wet van meden en perzen is maar regelmatig aangepast wordt op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten, sterker nog de ADH is op 1 juli 2009 voor diverse vitamines en mineralen verlaagd of verhoogd. Ook gelden voor sommige specifieke doelgroepen hogere ADH's voor bepaalde vitamines en mineralen. Bijvoorbeeld voor ouderen, kinderen of zwangere vrouwen.

Omega-3-vetzuren
In het geval van omega-3-vetzuren wordt ook pijnlijk duidelijk hoe infantiel deze denkfout is. De gezondheidsraad adviseert 450 mg per dag, bijvoorbeeld te nuttigen door tweemaal per week vette vis te eten. Mensen die geen vis lusten zouden dan kunnen overwegen een visolie capsule te nemen, maar capsules met een soortgelijke dosering als een portie vette vis zouden dan een slechtere beoordeling krijgen terwijl ze meer waar voor je geld bieden?

Vitamine D
In het geval van vitamine D stelt de Gezondheidsraad dat een aantal groepen 2x de ADH zou moeten krijgen zoals ouderen in verpleeghuizen die weinig buiten komen, vrouwen boven de 50 jaar die onvoldoende buiten komen of een sluier dragen en tot slot mensen met osteoporose. Is het dan terecht dat de voedingssupplementen die voor die groepen op de markt zijn een slechte beoordeling krijgen?

Glucosamine
Bij de glucosamine producten gaat de consumentenbond geheel voorbij aan het feit dat sommige producten ondersteunende ingrediënten bevatten die ze duurder maken. Maar wat nog veel opvallender is en duidelijk maakt hoe weinig de consumentenbond weet over voedingssupplementen is de kwestie van claims op het etiket. In de begeleidende tekst stellen ze dat artsen glucosamine aanbevelen bij knie- en heupartrose in een dosering van 1500 mg glucosamine en dat de EFSA stelt dat het preventief slikken geen zin heeft. Dus vinden ze het een slechte zaak dat op het etiket staat 'houdt de gewrichten soepel'. Denk je niet dat de producent ook liever op het potje zet: "ter behandeling van knie- en heupartrose" Het is echter door de overheid verboden om van een voedingssupplement waar het tegen helpt, je mag alleen zeggen dat het een gezonde situatie kan bevorderen of ondersteunen.

Claims
Tot slot is er nog de kwestie van de claims met visolie, de enige claim die voorlopig door de EFSA goedgekeurd gaat worden heeft te maken met het gezond houden van hart- en bloedvaten. Er zijn nog veel meer gebieden waarop de gezondheidseffecten van visolie in wetenschappelijk onderzoek is aangetoond. Dit onderzoek wordt echter niet toegelaten door de EFSA ter beoordeling. Waarom? Omdat de studies gedaan zijn met patiënten met specifieke klachten en dat mag niet hè, want voedingssupplementen zijn immers bedoeld om gezond te blijven. Als je er ook aandoeningen mee kunt verhelpen dan heb je tegenwoordig een groot probleem. Ook over deze problematiek hoor je de consumentenbond niet die alle andere claims op de verpakking met puntaftrek beloont.

Tot slot
Als ik als simpele employee in de voedingssupplementenindustrie al zoveel fouten zie in deze special, dan maak ik me ernstig zorgen wat er mis is met hun pak 'm beet special over digitale camera's in de ogen van de eigenaar van een fotozaak.

donderdag 10 februari 2011

Consumerlab over trends in voedingssupplementen

Consumerlab is een Amerikaanse organisatie die in naam van consumenten regelmatig onderzoek doet naar de kwaliteit van voedingssupplementen van de verschillende merken. Ze doen ook jaarlijks een enquête onder hun leden. Misschien interessant om een aantal trends die daar dit jaar uit naar voren komen even onder de loep te nemen.

Top 5
De vijf populairste voedingssupplementen onder de leden zijn respectievelijk:
1) visolie
2) multivitamines
3) vitamine D
4) calcium
5) Q10

Stijgers en dalers
Stijgers zijn vitamine D, calcium en visolie. Dalers zijn multivitamines, Q10, kruiden en glucosamine/chondroïtine.

Mannen versus vrouwen
Vrouwen namen vaker vitamine D, calcium en probiotica. Mannen namen vaker Q10, kruiden, glucosamine/chondroïtine, vitamine E, resveratrol en aminozuren.

Jong versus oud
Jonge mensen namen vaker multivitamines, aminozuren, groene thee en ijzer. Ouderen namen vaker vitamine D, calcium, Q10, vitamine C, vitamine E, resveratrol en vitamine K.

Als ik deze uitkomsten beoordeel, dan hebben de leden van Consumerlab een heel goed beeld van welke producten voor hen effectief zijn. Jammer dat de meeste productvergelijkingen die Consumerlab doet geen merken meenemen die ook in Nederland beschikbaar zijn. Soms komt het wel voor, dus als je eens een kijkje wilt nemen: www.consumerlab.com

donderdag 18 november 2010

Duursporters en voedingssupplementen

Veel duursporters verdiepen zich vroeg of laat in voedingssupplementen om hun prestaties te verbeteren. Voedingssupplementen kunnen voornamelijk op twee vlakken bijdragen. Uithoudingsvermogen en herstel. In dit stukje zal ik op beide vlakken een aantal suggesties doen.

Uithoudingsvermogen
Het verbeteren van het uithoudingsvermogen kan eigenlijk ook weer in twee categorieën opgedeeld worden. Acute suppletie of langdurig gebruik. Voor acute suppletie is het aan te bevelen om een eigen sportdrank te maken met daarin een poeder met langzame koolhydraten (Essential Food van Vitals is hier een voorbeeld van) en een aantal druppels van een supplement met mineralen en spoorelementen. Om het een beetje drinkbaar te krijgen zou ik een vruchtensap aanbevelen in plaats van water, wel liefst biologisch en zonder suiker. Als men een bidon gebruikt, kan het zijn dat het poeder daar niet doorgaat. Dan zou je het poeder het beste vlak ervoor kunnen nemen en de druppels in de bidon voor tijdens de inspanning. Bij langdurig gebruik zijn een aantal stoffen in verband gebracht met een verbeterd uithoudingsvermogen. Naast een gewone multi zou mijn advies zijn om astaxanthine, spirulina en Q10 te gebruiken.

Herstel
Bij herstel draait het met name om het spierherstel. Voor de supplementen die men in dit kader kan gebruiken, geldt dat men ze toch wel een paar weken moet gebruiken om effect waar te nemen. Maar dan zal men ook zien dat men na een zware inspanning beduidend sneller herstelt. De stoffen waar het om gaat zijn wederom astaxanthine en spirulina maar ook MSM, vitamine E, calcium, magnesium en een enzymencomplex. Voor spieropbouw zou men nog een eiwitpoeder kunnen nemen. Die kan het beste gebruikt worden na de inspanning of op rustdagen.

Ten slotte
Vanuit de voedingsindustrie en uit de bodybuilding/fitness industrie worden er ook veel producten aangeboden zoals repen, poeders en sportdranken die uithoudingsvermogen en spierherstel bevorderen. Lees hierbij wel altijd goed de etiketten omdat er vaak onnodig veel suiker en andere ongezonde toevoegingen gebruikt worden. Als men kiest voor producten van orthomoleculaire merken dan krijgt men vaak de zuiverste en hoogst gedoseerde voedingssupplementen. Probeer het eens, je zou vrij snel resultaat moeten zien, of beter nog: moeten voelen!

woensdag 13 oktober 2010

De farmacie wil de macht en de winst in de vitaminebusiness!

Het is een publiek geheim dat een aantal zeer lucratieve farmaceutische patenten in 2013 aflopen en dat het er niet op lijkt dat er binnenkort nieuwe, lucratieve patenten aankomen. Er zijn concrete aanwijzingen dat de farmacie om die reden de macht en de winst wil grijpen in de voedingssupplementen industrie. Zo heeft het farmaceutische bedrijf Sanovi Aventis enige tijd geleden Kernpharm gekocht, onder andere producent van Axium (multivitamines) en El Mare (visoliecapsules). Maar onlangs werd ik gewezen op nog een mooi voorbeeld.

Vitamine B en Alzheimer
Zowel de media als de overheid benaderen vitaminen en mineralen uit supplementen met behoorlijk wat scepsis. Onlangs verscheen onder andere op nu.nl echter een positief bericht over een studie waarbij foliumzuur, B6 en B12 de kans op Alzheimer zou verminderen. De feitelijke resultaten zijn iets genuanceerder en vindt u hier.

Op zich goed nieuws natuurlijk, dat er meer bekendheid komt over de gezondheidseffecten van het gebruik van vitaminepreparaten. Het is echter wel eigenaardig dat het hier om een geneesmiddel blijkt te gaan.

Vitaminen als geneesmiddel lucratiever
Dus terwijl er Europese regelgeving in de maak is om te beperken welke soorten vitaminen en mineralen er in supplementen mogen zitten, in welke hoeveelheden en in hoeverre je aan de consument mag uitleggen wat die vitaminen en mineralen allemaal doen, worden tegelijkertijd vitaminen in hoge doseringen als gepatenteerd geneesmiddel geregistreerd! Het wordt dan toch ineens een stuk aannemelijker dat de farmacie al die tijd achter de restrictieve regelgeving zou zitten.

Het geneesmiddel waar het in dit onderzoek om gaat heet TrioBe Plus en is in Zweden alleen beschikbaar als men onder medische supervisie staat. In andere Europese landen is het nog niet beschikbaar, maar het zou goed kunnen dat de berichtgeving over de studie daar de weg voor moet vrij maken.

Dosering en opneembaarheid
De doseringen van foliumzuur, B6 en B12 zijn respectievelijk 4, 14 en 200 keer hoger dan de Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid en dit zijn toevallig doseringen die in de complementaire geneeskunde al heel lang in gebruik zijn en waar de complementaire zorg zo om verguist wordt door sommige organisaties.

Overigens zijn het nogal goedkope en slecht opneembare vormen van deze vitaminen, zoals je ze vaak in huismerken van drogisterijen tegenkomt, en meestal niet in supplementmerken op de therapeutenmarkt. Trouwens, deze slecht opneembare grondstoffen worden al grotendeels door farmaceutische bedrijven als Merck geproduceerd.

Strijdige belangen
Tot slot staat in de studie bij het kopje 'strijdige belangen' genoemd dat de hoofdauteur twee patenten bezit op foliumzuur en financieel voordeel zou hebben als de patenten in gebruik zouden worden genomen. En dat twee auteurs geld in het verleden geld hebben ontvangen van de firma die het geneesmiddel beschikbaar heeft gesteld en de firma die de meetapparatuur beschikbaar heeft gesteld.

Conclusie
Mijn conclusie is dat de consument en de natuurlijke geneeskunde die gebruik maakt van vitaminen en mineralen wordt tegengewerkt in het vrij beschikbaar stellen van gezonde supplementen en de bijbehorende literatuur, niet door partijen die bang zijn dat het onvoldoende onderzocht en wellicht schadelijk is, maar door partijen die geloven in de werkzaamheid en daar zelf commercieel beter van willen worden. Toch jammer dat er inmiddels behoorlijk wat mensen zijn die de misinformatie geloven en nu denken dat voedingssupplementen zinloos of zelfs ongezond zijn.

dinsdag 10 augustus 2010

Calcium tabletten en aderverkalking

Onlangs verscheen er in de media een aantal berichten over een studie die is gepubliceerd in het Britisch Medical Journal waarin er een verband zou zijn tussen het gebruiken van calcium tabletten en aderverkalking. Het betreft hier een meta-analyse (een analyse van eerder gepubliceerde studies). Binnen het wereldje van voedingssupplementen wordt al heel lang gezegd dat het bij calcium van belang is om ook andere voedingsstoffen in te zetten.

Calcium en synergisten
De absorptie van calcium is mede afhankelijk van voldoende inname van vitamine D, magnesium en eiwitten. De juiste distributie van calcium in het lichaam is mede afhankelijk van voldoende vitamine K2 (zoals in het artikel in de Telegraaf en elders terecht wordt genoemd). Het is dus van belang om vast te stellen of men van deze synergisten wel voldoende binnenkrijgt. Het zou zo maar kunnen dat men wel voldoende calcium binnenkrijgt maar niet voldoende vitamine D of magnesium. Dan zit je dus de verkeerde supplementen te slikken.

Tekortkomingen van de studie
De meta-analyse heeft overigens wel wat tekortkomingen. Zo zijn de 15 studies die uiteindelijk gebruikt zijn geen van allen ontworpen om onderzoek te doen naar hart en bloedvaten. Gevolg is dat de ene studie meer parameters had vastgelegd dan de andere. Ook zijn de studies waarin naast calcium ook vitamine D werd toegediend expres uit de analyse gelaten. Tot slot gebruikten de verschillende studies verschillende vormen van calcium en verschillende doseringen.

Reguliere geneeskunde versus orthomoleculaire geneeskunde
Eigenlijk wordt het los innemen van calcium tabletten alleen geadviseerd in de reguliere geneeskunde. Hopelijk zullen zij zich naar aanleiding van deze studie wel verdiepen in de orthomoleculaire voedingsadviezen die bestaan voor het tegengaan van osteoporose. En hetzelfde geldt natuurlijk voor osteoporose patiënten, die kunnen zich altijd wenden tot orthomoleculaire therapeuten. Voor het behoud van gezonde botten of gewoon onderhoud zou ik als consument gewoon een multi nemen naast een gezond voedingspatroon.

vrijdag 9 juli 2010

warm weer en voedingssupplementen

Warm weer is een van de redenen waarom we veel zweten (intensief sporten is ook een reden). Veel zweten kan tot klachten leiden als hoofdpijn of duizeligheid. Naast vochtverlies gaan er met zweten ook belangrijke mineralen het lichaam uit. Bijvoorbeeld kalium (Engels: potassium), natrium, calcium en magnesium.

Als je klachten ondervind zoals hoofdpijn en duizeligheid op warme dagen dan zou ik water (6 glazen per dag) en een mineralensupplement adviseren. Ik nam vroeger wel kalium en zout los en dat hielp ook. Maar een supplement waarin mineralen en spoorelementen in de juiste verhoudingen zijn opgenomen is toch beter. Zoals eerder gezegd is ook de vorm waarin de mineralen voorkomen van belang. Die bepaald hoe makkelijk het lichaam ze opneemt.

Zout
Ondanks alle berichten over teveel zout in ons huidige dieet (wat met name komt door de grote hoeveelheden die als conserveringsmiddelen gebruikt worden en niet door de snufjes die je er zelf aan toevoegt) zou ik bij warm weer en deze klachten toch extra zout adviseren.

Voeding
Voor degenen die het per se met gezonde voeding willen proberen: banaan of tomaat voor kalium, bouillon voor natrium en groenten voor calcium en magnesium. Een zelfgemaakte tomaat-groentesoep dus met een bananensmoothie als toetje. Maar denk eraan, we krijgen niet meer zoveel mineralen uit onze voedings als een paar honderd jaar geleden.

Met deze tip wens ik jullie een onbezorgde zomer toe!